Pagina's

donderdag 18 november 2010

Waarom vinden werkgevers het werkplein niet (meer)?

Ik weet niet of hier ooit onderzoek naar gedaan is. Mijn ervaringen (maar dat is dus niet wetenschappelijk onderlegd) zijn dat werkgevers in de loop der tijd verschillende redenen hebben om niet meteen hun vacatures bij het werkbedrijf te melden.
Om te beginnen is de functie van arbeidsbureau/cwi/werkplein/werkbedrijf in de loop der tijden nogal aan verandering onderhevig geweest. Daarbij is de functie van bemiddeling niet altijd een publieke taak geweest (cwi). Er is wel altijd sprake geweest van de facilitering van bemiddeling (arbeidsbureau/werkplein/werkbedrijf) maar alleen ten tijde van het arbeidsbureau en nu (terecht?)het werkbedrijf was er sprake van echte bemiddeling. Dat is dus al redelijk verwarrend.
Daarnaast zijn werkgevers van alle tijden erg huiverig (geweest) om werklozen in dienst te nemen. Gemis aan werkervaring tijdens de werkloosheidsperiode wordt dan als meest gebruikte argument gehoord. Het is een bekend fenomeen dat mensen die langer dan 3 maanden werkloos zijn steeds moeilijker aan een nieuwe baan komen. Zet dat maar eens af tegen het huidige UWV-beleid om de re-integratie-ondersteuning gedurende het 1e werkloosheidsjaar te beperken!
Ook de dienstverlening van het UWV is een belangrijke reden. Allereerst geeft het UWV onomwonden toe dat zij weinig kunnen betekenen voor HBO+ en mensen ouder dan 45 jaar. Ik heb me daar altijd over verbaasd en ook aan geërgerd. In plaats van een aanpak om ook voor deze mensen serieus aan de slag te gaan en zonodig baanbrekend beleid te ontwikkelen legt het UWV zich simpel neer bij het feit dat de markt alleen geïnteresseerd is in goedkope (en dus jonge) krachten.
Daarbij komt dat er door de medewerkers van het werkplein allesbehalve adequaat gereageerd wordt. Ik kan daarbij uit eigen ervaring putten. Ik melde 3 vacatures bij 2 werkpleinen en heb daar nooit meer een reactie op gekregen! Als dit geen unieke ervaring is zal dit werkgevers er natuurlijk niet toe aanzetten om die samenwerking te zoeken.
Tenslotte gaat er voortdurend zoveel tijd en energie zitten in de interne ontwikkelingen en reorganisaties van het UWV werkbedrijf dat de dienstverlening zelf daar zwaar onder lijdt. Dit navelstaren gaat zwaar ten koste van de bedoelde dienstverlening. Medewerkers zijn te vaak en teveel bezig met hun plaats en functioneren binnen de organisatie van het UWV werkbedrijf en veel te weinig met bemiddelen. Daarbij moet overigens bedacht worden dat bemiddelen een taak is waarvoor in de SUWI geen rol voor het werkbedrijf was/is weggelegd. Het CWI en de opvolgers werkplein en werkbedrijf hadden/hebben vooral een beherende c.q. accountantsrol. Toen tijdens de economische crisis steeds meer intercedenten via collegiale inleen aan de slag gingen bij het werkbedrijf werd er steeds meer aan (niet bedoelde) bemiddeling gedaan. Dat leek op zichzelf wel een vruchtbaar en praktisch werkend bij-effect te zijn maar het heeft ook de beleidsmakers het oog voor hun opdracht uit het oog doen verliezen. Sterker nog, de werkcoaches ervaren op dit moment bemiddeling als hun belangrijkste taak. Dat is nogal wrang als de meest ervaren krachten op dit terrein (de intercedenten) op grond van bezuinigingen weer het veld hebben moeten ruimen EN de bestanden die een werkcoach nu moet beheren inmiddels zijn opgelopen in de honderdtallen.
In deze situatie moeten werkgevers zaken doen met het werkbedrijf. Het is dus niet zo heel erg vreemd dat het werkbedrijf door werkgevers niet (meer) gevonden wordt.

dinsdag 16 november 2010

45+ en Social Media

Het UWV wil dat 45+’ers gebruik gaan maken van social media bij het vinden van werk.

Dit is het bericht zoals het in de (gewone) media bekend werd. Op zichzelf eigenlijk geen opzienbarend bericht want het is al staande praktijk in de re-integratie om bepaalde groepen mensen via social media betere kansen op de arbeidsmarkt te bezorgen. Toch ontkom ik niet aan enig cynisme, waarschijnlijk het gevolg van mijn cynisme over het chaotische beleid dat het UWV het afgelopen jaar gevolgd heeft.

Het eerste en meest wonderlijke feit is dat het UWV gebruik gaat maken van social media. Daarmee wordt dan feitelijk het failliet van www.werk.nl toegegeven. Blijkbaar is dit social medium (want dat is het tenslotte!) niet in staat gebleken om dát waar te maken waarvoor het eigenlijk bedoeld is: het bij elkaar brengen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Of dan toch op zijn minst in onvoldoende mate.
Al sinds jaar en dag (van arbeidsbureau via CWI tot werkplein) slaagt men er niet in een valide en geloofwaardige beursvloer voor vraag en aanbod op de arbeidsmarkt te realiseren. Met periodieke afstanden vindt men dat arbeidsbemiddeling de ene keer een publieke taak is en dan weer een particuliere taak. Ontstaan uit samenwerking tussen overheid, werkgevers en werknemers is het arbeidsbureau en alle opvolgers er nimmer in geslaagd om vooral werkgevers te bewegen om beschikbare arbeid consequent te melden. Werklozen zijn wel verplicht om zich te laten inschrijven ook al is de waarde daarvan maar heel betrekkelijk als m.n. werkgevers niet echt meedoen. De werknemers moeten zich ook inschrijven bij uitzendbureaus maar dat is ook alleen voor de facade, want deze bureaus zijn niet zozeer geïnteresseerd in het bemiddelen van werkzoekenden maar in het vervullen van plaatsingsverzoeken (en het vullen van hun databanken als promotiemiddel).

Wat kun je met social media dat je niet met werk.nl voor elkaar krijgt? En als daar een fatsoenlijk antwoord op is waarom is men er ondanks investeringen van tientallen miljoenen guldens en euro niet in geslaagd om werk.nl die beursvloer te laten zijn die men voor ogen had? Aan de politieke wil heeft het niet alleen gelegen want daar heeft men steeds ingezet op een goed functionerend platform (gestart als pogingen tot een electronisch dossier tot het huidige werk.nl).
Nou ben ik benieuwd hoe het UWV die 45+’ers gaat begeleiden in het gebruik van social media m.n. LinkedIn. Is het doel om hen een goed profiel op LinkedIn te bezorgen? Wordt hen geleerd hoe ze dat in combinatie met andere media kunnen gebruiken? Wordt dit gecombineerd met real time netwerken? Worden de mensen bij het netwerken begeleid? Blijft het bij workshops of wordt er ook individueel begeleid? Wat mag worden verwacht van de werkcoaches als die nauwelijks gebruik maken van LinkedIn? Wie gaat de broodnodige begeleiding geven?

Het idee is op zich niet slecht, het is redelijk standaard, maar ik vrees dat het aan de broodnodige persoonlijke aandacht zal gaan ontbreken. En dan is het weer een actie voor de bühne gebleken.